Nel Borst werd honderd en kreeg de burgemeester op de koffie. | Foto: Piet van Kampen
Nel Borst werd honderd en kreeg de burgemeester op de koffie. | Foto: Piet van Kampen Foto: Piet van Kampen

Nel Borst wil er nog wel een jaartje bij

Algemeen

Op 12 oktober 1921 zag zij het levenslicht in Oegstgeest. Sinds drie jaar verblijft Nel Borst in De Wilbert. ‘Ik word hier prima verzorgd’, vertelt de eeuweling.

Door Piet van Kampen

Mag dan het gehoor wat minder zijn, de geest is nog prima bij Nel die in Poelgeest in Oegstgeest het levenslicht zag. Zij was een van de twaalf kinderen en alleen een broer van haar leeft nog. 

Vorig jaar werd haar zus Jo bijna 101, een leeftijd die de nog kwieke Nel wil gaan overtreffen. Wil zij dat wel? ‘Natuurlijk joh, waarom niet als ik gezond blijf. Het is toch de moeite waard?’, klinkt zij vol overtuiging. 

Waarom ook niet? Zij heeft het toch prima naar haar zin, leest af en toe wat en wandelt wat heen en weer. Soms ook buiten met begeleiding van een verzorgster of haar nicht Karin die haar ook regelmatig bezoekt. ‘Zij vindt het prachtig als wij samen naar de dierenweide gaan en zij op het bankje geniet van de beesten’ vertelt Karin die een prachtige taart met de foto van Nel had geregeld.

Terugblik
De honderdjarige herinnert zich nog veel. Weliswaar is zij nooit getrouwd geweest maar haar leven is wel prima ingevuld. ‘Ik ben in Poelgeest geboren en toen ik twaalf was zijn wij naar de Javastraat verhuisd. Daar heb ik heel lang met mijn moeder en zusje gewoond. Nu woon ik hier (De Wilbert) denk ik zo bijna drie jaar en heb het goed naar mijn zin’. Heeft zij gewerkt? ‘Ik heb in de bioscoop Trianon gewerkt en later in de zorg in een tehuis in Leiden. Ik ben de naam even vergeten’.

 Karin denkt even mee. ‘Het was Roomburg’. ‘O ja, het was Roomburg’ nou weet ik het weer’. Na het werk was puzzelen een van de tijdverdrijven en dat deed zij samen met een vriendin. Een van de hoogtepunten was een reisje naar Lourdes voor de katholiek opgevoede Nel. 

Op haar verjaardag kwam ook burgemeester Cornelis Visser een bezoekje brengen. “Echt, komt ie daar al?’ Ja hoor. Even de ambtsketting om en gezellig een praatje maken met de honderdjarige. Een dag later zou de verjaardag thuis bij nicht Karin en enkele familieleden worden gevierd.

Uit de krant