VIDEO - Wethouder gaat met Voedselbank praten over mondkapjes
Algemeen‘Als je al weinig te besteden hebt het aanschaffen van een mondkapje een drempel kan vormen.’ Dat zei CDA-raadslid Dick Oudwater donderdagavond 8 oktober in de gemeenteraadsvergadering. En dat was de reden om een motie in te dienen met het verzoek aan het college van burgemeester en wethouders om gratis mondkapjes te verstrekken aan de Voedselbank en de Voorraadkast.
‘Helaas neemt het aantal huishoudens met een laag inkomen toe. 155 inwoners komen wekelijks hun krat, gevuld met allerlei producten, halen bij de Voedselbank. Daar worden 500 monden mee gevoed’, zegt Oudwater. Maar bij het ophalen dragen maar weinig mensen een mondkapje. Om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan en gebruik van mondkapjes te stimuleren, stelt hij voor dat de gemeente mondkapjes verstrekt.
De motie van het CDA is medeondertekend door PvdA, KiesKatwijk, SGP, D66, DURF en GemeenteBelangen. De overige partijen vinden de motie ‘sympathiek’. ‘Maar het is een open eind. Er staat nergens om hoeveel mondkapjes het gaat en wanneer je er mee ophoudt. We kunnen niet heel Katwijk van mondkapjes voorzien’, reageert Toon Stegmann van VVD Katwijk.
Daar sluit Geesje Haasnoot-de Mooij (ChristenUnie) zich bij aan. ‘Wij stellen voor, dat de wethouder in gesprek gaat met de Voedselbank om te kijken hoe de gemeente kan helpen.’ Dat vindt Fractie Smits een goed idee.
Hulp kan ook komen van ondernemers die de Voedselbank en Voorraadkast al steunen, denkt Leon Krijgsman (Hart Voor Katwijk). Krijgsman wijst er op, dat het dragen van een mondkapje een advies is. ‘Het zou anders zijn als het een plicht was.’
Wethouder Adger van Helden: ‘Voor velen is het weekbudget zo krap, dat een mondkapje er niet af kan.’ Hij sluit zich aan bij de oproep van Krijgsman over hulp van ondernemers. ‘Zij kunnen zich melden bij de Voedselbank als zij een steentje bij willen dragen.’ De wethouder belooft zelf ook te gaan praten met de Voedselbank en de Voorraadkast. ‘Om te kijken of we een oplossing kunnen verzinnen, maar het mag geen open einde zijn.’
Die toezegging is voor CDA voldoende om de motie in te trekken.
