Harrie en Truus van de Ven, en Geertje Groenendijk-van Duijn (v.l.n.r.). | Foto: Adrie van Duijvenvoorde
Harrie en Truus van de Ven, en Geertje Groenendijk-van Duijn (v.l.n.r.). | Foto: Adrie van Duijvenvoorde Foto: Adrie van Duijvenvoorde

Vakantie in Rijnsburg: 'Hier heb je alles'

Algemeen

Een restaurant, supermarkt, snackcafé en receptie in één gebouw; Vakantiepark Koningshof is het afgelopen jaar flink vernieuwd. Het park trekt nog steeds veel buitenlanders. 'Je komt hier minder Nederlanders tegen dan op een camping in Frankrijk.'

Door Geerlof de Mooij

'Hoe lang ik hier al kom?', herhaalt Rob Groenendijk uit Leiderdorp mijn vraag. Hij denkt even na. 'Tien jaar, denk ik. Of was het twaalf? Al heel lang, in ieder geval.' Rob – korte broek, wit T-shirt – is hier met zijn vrouw Geertje (van Duijn), kinderen en kleinkinderen. Zijn kleindochter trekt aan zijn shirt. Ze is gevallen, zegt ze. Vorig jaar hebben zijn vrouw en hij een stacaravan gekocht. 'We staan hier de hele zomer, van mei tot september. Het is eigenlijk een soort tweede huisje. 's Ochtends ga ik naar mijn werk in Leiden en 's middags rijd ik weer terug. Ik kom niet eens thuis.'

'Je zit hier heerlijk afgezonderd van de buitenwereld', zegt Pim Kromhout, medebeheerder van Vakantiepark Koningshof. Hij leidt me rond door de verschillende delen van het vakantiepark. 'Hier komen mensen uit Engeland, Duitsland of Frankrijk, maar ook Rijnsburgers die in eigen dorp op vakantie gaan.' Samen met zijn zus Penny en vader Flip runt de Rijnsburger het vakantiepark aan de Elsgeesterweg, aan de rand van Rijnsburg. Zijn opa was boer, maar moest stoppen door een trap van een paard. 'Toen is hij met deze camping begonnen', zegt hij.

Dat was zestig jaar geleden, inmiddels is Koningshof uitgegroeid tot een middelgroot vakantiepark, met onder meer een restaurant, een tennisbaan, een binnen- en buitenzwembad, een supermarkt, een snackcafé en een uitgebreid activiteitenprogramma, 'voor jong en oud'.

Terwijl we over het terrein lopen, worden we begroet door Truus en Harrie van de Ven uit Breda, twee bekenden van Pim. Hij vraagt hoe hun vakantie bevalt.

Truus: 'Joh, we hebben het hier altijd naar ons zin. Het wordt ons steeds gevraagd: waar gaan jullie heen op vakantie? Ja, we gaan weer naar Rijnsburg. Waarom gaan jullie toch steeds naar Rijnsburg, is het dan. Dan zeg ik: omdat het zo leuk is. Wat moet ik nou op een andere plek dan op deze camping? Het is vertrouwd…'

Harrie: 'Dit is ons tiende jaar.'

Truus: '…we kennen hier iedereen. Dan zeggen ze: je hebt steeds dezelfde omgeving. Maar dat maakt me niets uit.'

Harry: 'Altijd hetzelfde plekje ook. Nummer zeventien.'

Truus: 'We hebben één keer nummer dertien gehad. Daar hadden we een slechtere ervaring mee.'

Harry knikt.

Truus: 'Eigenlijk zijn we per toeval hier gekomen. Vroeger gingen we altijd naar Oostkapelle, maar we wilden eens wat anders. Toen kwamen we dit tegen. We waren meteen verkocht.'

Harry: 'De mensen zijn ook zo leuk hier.'

Truus: 'Je komt altijd bekenden tegen. Ik zag net nog Jan. Ooo, zijn jullie er ook weer, zei hij. Of van de week bij de receptie. Ze herkenden ons gelijk. Ja hóór, daar zijn ze weer.'

Harry: 'En veel buitenlanders, hè.'

Truus: 'Je ziet hier Engelsen, Duitsers, Fransen. Een paar jaar terug zaten er Denen naast ons. Met twee kleine kindertjes.'

Harry: 'Je komt hier minder Nederlanders tegen dan op een camping in Frankrijk.'

Truus: 'Vroeger gingen we nog wel eens naar Frankrijk, maar de kinderen gaan al een tijdje niet meer mee en om dan zo ver te gaan rijden… nee hoor. Wij gaan liever naar Rijnsburg. Lekker dichtbij.'

Harry knikt. 'Hier heb je alles.'

Truus: 'Op vakantie in Rijnsburg is niet te overtreffen. Het is eh…'

Harry: 'Het is gemoedelijk.'

Truus: 'Ja, dat is het. Gemoedelijk.'

Uit de krant