Schelpendam
Namen duiden verleden
Straatnamen vertellen vaak iets over het verleden. Het gaat daarbij om historische namen die bepaalde buurten en of streken aangeven, of de naam van een persoon die in het verleden belangrijk was.
Door Aad van Duijn
Vissersgemeenschappen, schelpen en kalkovens zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dat geldt ook voor Katwijk dat eeuwenlang letterlijk aan de rand van de Noordzee een actieve groep schelpenvissers had. Zij zorgden voor de aanvoer van ongekende hoeveelheden schelpen, die in eerste instantie de grondstof vormden voor de bouwmortel.
De schelpen werden daartoe vermalen en gebrand. Later gebruikte men de schelpen ook in de tuinarchitectuur, voor waterdrainage en de schelpenpaden in wandelgebieden.
Schelpkalk was ook in Katwijk een industrie. De laatst gebruikte kalkoven van Zuid-Holland staat in de wijk Hoornes. Deze aan het kanaal geplaatste ovens van de in 1974 gestopte branderij staan als herinneringsmonument van de bedrijfstak.
De aan de vloedlijn verzamelde schelpen stortten de schelpenvissers op verzamelplaatsen. Een daarvan lag decennia op de hoek van de Varkevisserstraat met wat nu de Schelpendam is. Tot circa vijftig jaar geleden was deze schelpendam in gebruik voor opslag en een eerste verwerking. De huidige straat Schelpendam ontstond veertig jaar geleden en telt vierendertig huisadressen. Het gemiddelde bouwjaar van de huizen is 1971. Het laatste huis werd gebouwd in 1991. Met een gemiddelde oppervlakte van 153 vierkante meter zijn de woningen groot. Het bekendste gebouw aan de Schelpendam is de bibliotheek.
Tenslotte kent Katwijk nu nog eén gerenommeerde, iets verder aan de Varkevisserstraat gesitueerde schelpenvisser: Schelpenhandel Van Rijn.