Afbeelding
Foto: pr


Bellenscherm bij Katwijkse Uitwatering unieke oplossing

Plastic Soep en Stijgende Bellen

Je hoort er veel over, je vindt het interessant, het is hard nodig dat we er wat aan doen. Zover is het duidelijk. Sterker nog, je kent de uitdrukking ‘Plastic Soep’ of in het Engels ‘Plastic Soup’, die we in dit artikel verder zullen gebruiken. Maar wat is die Plastic Soup precies en wat heeft het met Katwijk te maken?


Door Jan de Lange


Jutters Katwijk is een groep vrijwilligers die, onder leiding van initiatiefnemer Louis van Schie uit Rijnsburg, twee per week een uurtje het strand opruimt van zwerfafval. 90 procent hiervan bestaat uit plastics. Dit doen zij nu al vier jaar op rij. En iedere keer hebben alle jutters weer een tas vol. Zo'n 60 tot 80 procent van al het het afval komt via rivieren in zee terecht.

Katwijk komt ook als vissersdorp in beeld: wij zijn bekend om onze visserij en daar horen netten bij. Die werden geboet door Katwijkers, maar gaan soms verloren op zee.


Bij de naam Plastic Soup moet je niet denken aan drijvende eilanden. Het beeld dat er ergens in de Stille Oceaan een enorme dikke schijf ligt klopt niet. Het is meer als op de foto van Magdel Erasmus (zie linksonder).

Iedere oceaan heeft zijn eigen grote verzamelplaats van Plastic Soup. Door de zeestromen en het weer ontstaan er enorme plekken in de oceaan waar het plastic zich verzamelt. Die kun je zelfs uit de ruimte waarnemen. De grootste en bekendste is de Plastic Soup verzamelplaats tussen Hawaï en Californië: ‘The Great Pacific Garbage Patch’, wat je zou kunnen vertalen met ‘De Grote Oceaan Vuilnis Verzamelplaats’. Hier heeft het meeste onderzoek dat gedaan is plaatsgevonden.

De ellipsvormige vorm van zo’n patch/verzamelplaats ontstaat door een stroom die resulteert in een ronddraaiende stroming, meestal ‘gyre’ genoemd (uitspreken als ‘geayer of dzjijjer’, zie foto linksboven).


Plastic Soup: een probleem?

De Great Pacific Garbage Patch (GPGP) is de naamgeving voor de North Pacific Garbage Patch, maar omdat dit de grootste is, noemt men hem vaak zo. De oppervlakte van deze verzamelplek is 1,6 miljoen vierkante kilometer, te vergelijken is met drie maal de oppervlakte van Frankrijk, veertien maal Nederland, ofwel bijna 20.000 maal gemeente Katwijk.


Berekend is dat de GPGP 1,8 miljard stukjes plastic bevat. Veel? Dat is zo’n 250 stukjes per persoon voor iedere aardbewoner. En dan te bedenken dat het zichtbare en telbare gedeelte van het plastic slechts 1 procent is van het ‘echte’ getal. De niet meer zichtbare 99 procent zit in de hele waterkolom van de oceaan en valt uit tot hele kleine deeltjes, de zogenaamde microplastics.

Microplastics kunnen heel makkelijk in de voedselketen terechtkomen. Die stukjes wegen 1 procent dus alles bij elkaar 80.000 ton. Een Jumbo Jet (747) weegt ongeveer 170 duizend kilo. Alleen al in de Pacific Patch ligt dus een equivalent aan gewicht van een kleine 500 Jumbo Jets. Hierin zit best een grote foutmarge, want het totaal zou nu allang de 100.000 ton gepasseerd kunnen zijn.


Wat zit er zoal in de soep? Dan moeten we even verder kijken. Het lijkt een raar lijstje, maar het klopt echt. En ja, daar komen de gevreesde microplastics (tot een halve cm): 94 procent van het aantal stukjes valt onder de categorie microplastics. Maar als we naar gewicht (massa) kijken dan valt 92 procent onder grotere objecten: groter dan een halve cm.

O ja, visnetten en dat soort materiaal is 46 procent van het totaal in massa (gewicht).


Megaprobleem

Kortom: de Plastic Soep is een megaprobleem dat met een megasnelheid toeneemt.

Dus: hoe lossen we dat probleem op en kan Katwijk daar een bijdrage aan leveren?

Alle plastic en ander zwerfafval die we op den duur terugvinden in de vijf grote ‘patches’ komen aanvankelijk uit rivieren die nu eenmaal uitmonden in zee. Alle grote riviermondingen over de hele wereld zijn in kaart gebracht (zie foto rechtsboven).

De grootse gyre of patch ligt dus tussen het Verre Oosten en de USA. Duidelijk is dat er met name een grote bijdrage door India, de Filipijnen en Maleisië wordt geleverd.


Maar laten we even wat dichter bij huis gaan kijken. Via de Uitwatering gaat er per jaar zo’n 2,5 tot 3 ton aan plastic de zee in. Een hoeveelheid om toch even over na te denken. Jutters Katwijk vond veel plastic rondom de Uitwatering en vond dat er iets moest gebeuren. Stichting Coast Busters werd opgericht en met een steekproef werd gemeenten dat er voor ieder stuk plastic, dat groter is dan 8,5 cm, er tenminste 233 kleinere deeltjes naar zee passeren. Stukken groter dan 8,5 cm worden nu namelijk door een stalen rooster bij het gemaal tegengehouden. Tegelijkertijd liepen de jutters tegen het jonge bedrijf The Great Bubble Barrier aan, die een nieuwe toepassing bedacht om plastic tegen te kunnen houden.


Luchtbellenschermen

Bij een zoektocht naar de geschiedenis van het bellenscherm blijkt dat nog niet zo’n makkelijke opdracht. Succes heeft vele vaders en/of moeders, ook in dit geval.

De geschiedenis start bij een heuse ingenieur, die er zelfs geen patent op heeft aangevraagd. Het betreft de Delftse wateringenieur Dr. Ir. J. van Veen. Deze maakte zich zeer druk over het tekort aan zoet water omdat via de vele sluizen in Nederland het zoete water steeds verder ‘verbrakte’. Van Veen vond dat zeer ongewenst: voor groen en groente hebben we zoet water nodig. Hij had daar in 1940 twee ideeën over:

‘Twee middelen om het zoutbezwaar bij zeesluizen op te heffen’

De eerste methode was de sluisdeuren vaak dicht te houden of de stroomsnelheid bij het spuien laag te houden. Mocht dat bijvoorbeeld lastig zijn b.v. door de grote diepte dan had hij een ander plan.

Het zoet water komt van links en moet de zoute zee in. Daartoe graaft men een kleine bak voor zout water vlak voor een bellenscherm. Zout water is zwaarder dan zoet water en blijft daar wel. We volgen nu de originele tekst: 'Men kan dan door een poreuze of van zeer fijne openingen voorziene buis, gelegen beneden de spuiopening, lucht persen en hierdoor het zoute water tijdens het spuien in de hoogere lagen brengen, waardoor het onmiddellijk afgevoerd kan worden. Ilet be- hoeven slechts geringe hoeveelheden lucht te zijn, daar de luchtbellen het liefst zeer fijn behooren te zijn. Het doel moet nl. zijn, het soortelijk gewicht van het zoute water als het ware zoodanig te verminderen, dat het lichter wordt dan zoet water.'


Het principe van het bellenscherm helder onder woorden gebracht. Maar geen patent aangevraagd. Van Veen kreeg later erkenning als ‘Vader van Het Deltaplan’.

Great Bubble Barrier

In 2016 is bedachten drie Nederlandse meiden om een luchtbellenscherm in te zetten om de stroom plastic in rivieren tegen te kunnen houden. Dit scherm en het bedrijf dat de dames oprichtten heet ‘The Great Bubble Barrier’.

In 2018 is een bellenscherm geplaatst in het Amsterdam Rijnkanaal. In feite een verbeterd van Veen-scherm. Bij de opening werden ware woorden geuit door minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat: ‘We zien nog steeds de gevolgen van de droogste en heetste zomer sinds 40 jaar. De tijdelijke bellenschermen die Rijkswaterstaat heeft ingezet, hebben de afgelopen maanden hun dienst bewezen met het tegenhouden van het zoute zeewater. Door het veranderende klimaat gaan we vaker te maken krijgen met periodes wanneer er minder water door de rivieren zal stromen. Met deze permanente oplossing in het Amsterdam-Rijnkanaal kunnen we het inwinnen van drinkwater veilig stellen.’


Maar terug naar de kern van onze zaak: plastic zwerfafval dat in water terecht is gekomen en wat je eraan kunt doen.

Coast Busters deed samen met The Great Bubble Barrier een vooronderzoek en willen hem nu echt gaan maken in de Uitwatering voor het Katwijks gemaal, als de financiële middelen kunnen worden gevonden. De naam Limes Bubble Barrier heeft natuurlijk betrekking op de Romeinse Limes. Coast Busters: ‘de Romeinen kwamen niet verder dan de Rijn, wij willen hier nu het plastic stoppen’.


De Limes Bubble Barrier in de Oude Rijn werkt zo:

- op de bodem ligt een PVC-buis met gaatjes waardoor lucht gepompt wordt met behulp van een compressor op de wal (foto rechts);

- de lucht ontsnapt door de gaatjes in de buis, waardoor een heel scherm van bellen ontstaat;

- zwerfvuil wordt vanuit de hele waterkolom door de luchtbellen meegevoerd naar de oppervlakte;

- omdat de buis schuin in de waterweg ligt, zal door stroming en wind het plastic in een opvangbassin terechtkomen, die frequent geleegd wordt (foto rechtsonder).


Ter oriëntatie: de opvangbak staat ongeveer achter de oude Redschuur. De motor aan de overkant in de buurt van de KRB-loods en langs het wandelpad Waterloopje in het Ringpark (foto rechtsonder).

Crowdfuning

Om de Limes Bubble Barrier - het bellenscherm in de Oude Rijn - te realiseren is veel geld nodig.

Er is al veel geld ingezameld, maar nog niet alles.



U kunt ook helpen om te zorgen dat er bij Katwijk geen plastic meer in zee stroomt door te doneren.


Dat kan op www.coastbusters.nl


Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding