Overzicht van hoe de warmtetransitie via WarmtelinQ werkt. | Illustratie: warmtelinQ
Overzicht van hoe de warmtetransitie via WarmtelinQ werkt. | Illustratie: warmtelinQ Foto: Illustratie: warmtelinQ

Samenwerking gemeenten Leidse regio voor duurzame, betrouwbare en betaalbare warmte

De colleges van de Leidse regio hebben het raadsvoorstel ‘samenwerking warmtetransitie Leidse regio en restwarmte via WarmtelinQ+’ aangeboden aan de gemeenteraden van de zes gemeenten. In dit voorstel geven Leiden, Katwijk, Leiderdorp, Oegstgeest, Voorschoten en Zoeterwoude aan meer te willen samenwerken binnen de warmtetransitie.


De aanleiding om als zes gemeenten in de Leidse regio samen te werken is de kans om betaalbare en duurzame warmte uit de Rotterdamse haven te kunnen benutten via een toekomstig transportnetwerk genaamd ‘WarmtelinQ+’. Bij de vuilverbranding in de haven van Rotterdam komt restwarmte vrij.


Deze warmte kan gebruikt worden om water te verhitten en dat kan vervolgens via een grote leiding de regio in vervoerd worden. Via deze leiding kunnen woningen en bedrijfspanden in de toekomst op een duurzame manier verwarmd worden. Restwarmte is daarmee één van de goede alternatieven voor aardgas.


Verschillende opties

Naast restwarmte uit Rotterdam is de verwachting dat ook geothermie in de komende jaren beschikbaar komt voor de regio. Geothermie is warm water op een diepte van ongeveer twee kilometer in de aardkorst. Dit water kan omhoog worden gepompt en gebruikt worden als warmte.


De zes colleges zien in WarmtelinQ+ een kans om een open warmtenet te realiseren voor de regio waar verschillende warmtebronnen op kunnen worden aangesloten. Dit brengt de doelen uit de energietransitie een stap dichterbij en daarnaast ontstaan er meerdere opties voor eindgebruikers.

Samenwerking

Aan de gemeenteraden wordt voorgesteld om samen te werken op de warmtetransitie.


Het voorstel is ook om eenmalig 2 miljoen euro beschikbaar te stellen voor de periode tot eind 2022, verdeeld over de zes gemeenten op basis van het inwoneraantal. Dit geld is bedoeld voor onderzoek naar een open regionaal warmtenet met de komst van WarmtelinQ+.


Daarnaast wordt onderzocht of een gezamenlijk investeringsfonds wenselijk is, passend bij de rol van lokale overheden in de warmtetransitie. Bij een positief resultaat wordt dit verder uitgewerkt voor de periode na 2023.


De zes gemeenten blijven daarbij het Rijk oproepen financieel flink bij te dragen, zodat de plannen betaalbaar blijven voor bewoners en bedrijven.

Katwijk

Voor Katwijk betekent dit dat, als de raad instemt met het voorstel, er 474.838 euro beschikbaar komt voor de benodigde verkennende onderzoeken en opzetten van de samenwerking. Voor 1 augustus 2021 wordt een plan van aanpak uitgewerkt voor de inzet van dit bedrag.


Wethouder Jacco Knape: ‘Door in te zetten op deze samenwerking in de warmtetransitie kunnen we ervoor zorgen dat woningen in onze gemeente en de regio op termijn op een open duurzaam warmtenet aangesloten kunnen worden. Duurzame en betaalbare restwarmte uit Rotterdam zou voor de gemeente Katwijk een mooie toevoeging zijn aan een divers warmte aanbod, waar onze bewoners in de toekomst gebruik van kunnen gaan maken. Of de warmteleiding uit Rotterdam er ook echt komt is aan de warmteleverancier die de leiding zal moeten aanleggen.’



Buurtpaspoorten en webinars over aardgasvrij wonen online

Warmtevisie voor Katwijk steeds duidelijker

Inwoners konden vorige maand meepraten over aardgasvrij wonen tijdens drie webinars over de warmtevisie van de gemeente Katwijk. Heeft u de webinars gemist of wilt u meer weten over de warmtevisie en over of uw buurt al goed is voorbereid op aardgasvrij wonen? Kijk op www.katwijk.nl/warmtevisie de webinars terug en bekijk van uw buurt en andere buurten in de gemeente het ‘buurtpaspoort’.


De komende jaren, tot aan 2050, werkt de gemeente aan een toekomstbestendig Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg. Om toekomstbestendig te zijn, moet er anders worden omgegaan met de energie die we gebruiken en dus ook met de warmte waarmee huizen worden verwarmt.


Stap voor stap wordt over gegaan van aardgas op duurzame vormen van warmte. Maar hoe gaan we dan koken en onze huizen verwarmen? Waar gaan we beginnen en hoe snel gaan we die overstap maken? Hiervoor maakt de gemeente een plan: een warmtevisie.


Webinars en buurtpaspoorten

In de webinars wordt uitgelegd hoe de warmtevisie wordt opgesteld. Hiervoor kijkt de gemeente namelijk naar verschillende zaken. Bijvoorbeeld naar hoe goed huizen in een buurt al geïsoleerd zijn. En naar mogelijke andere duurzame manieren die nu al beschikbaar zijn om huizen te verwarmen dan met aardgas. Ook leggen de energieambassadeurs uit hoe die verschillende mogelijkheden werken en welke stappen je als inwoner al kan nemen op weg naar een aardgasvrije woning.


Via een aantal polls konden deelnemers aan de webinars hun mening geven over belangrijke uitgangspunten en vragen stellen over de mogelijkheden in hun eigen buurt.

Op www.katwijk.nl/warmtevisie kunt u naast de webinars ook de buurtpaspoorten bekijken. Hierin kunt u zien welke geschikte andere manieren van verwarmen per buurt mogelijk zijn op basis van al het onderzoek dat de afgelopen jaren is uitgevoerd.


Verkenningsbuurten

In de voorlopige warmtevisie staat straks welke buurten op basis van de eerder genoemde onderzoeken veel kansen bieden voor een goede overstap naar aardgasvrij wonen. Deze buurten worden daarom geselecteerd als ‘verkenningsbuurten’.


De gemeente wil samen met de bewoners uit deze buurten vervolgens onderzoeken of en hoe woningen in de periode van nu tot en met 2030 van het aardgas af kunnen.


Als blijkt dat er goede andere oplossingen voor aardgas in de buurt beschikbaar zijn wordt er samen met bewoners, gebouweigenaren, netbeheerders en woningcorporaties een zogenoemd ‘buurtuitvoeringsplan’ gemaakt. Hierin wordt dan definitief een keuze gemaakt voor een toekomstige duurzame manier van verwarmen.

Die overstap naar aardgasvrij wonen gebeurt niet van de een op andere dag. Dit is een zorgvuldig proces dat gemiddeld wel 8 jaar kan duren. Hierbij is er veel aandacht voor zowel het goed uitwerken van de best passende duurzame oplossing, als voor wat deze verandering voor bewoners betekent. Het uitgangspunt blijft dat de oplossing betaalbaar, duurzaam, betrouwbaar en toekomstbestendig moet zijn.


Vervolg

Naar verwachting legt het college van burgemeester en wethouders eind april de voorlopige warmtevisie voor aan de gemeenteraad. In het najaar van 2021 wordt de warmtevisie door de gemeenteraad vastgesteld. Voordat de gemeenteraad de warmtevisie definitief vaststelt, kunnen bewoners via verschillende manieren reageren op de voorlopige warmtevisie.