Het gaat slecht met de insecten

Nieuwe studies over insectensterfte bevestigen wat de afgelopen jaren al duidelijk werd: het gaat slecht met de insecten wereldwijd. Er zijn vele oorzaken en de problemen beïnvloeden elkaar en versterken elkaar soms ook nog. De maatregelen om insectensterfte tegen te gaan zijn grootschalig en ingrijpend, maar als individu kun je ook bijdragen om de insecten in je eigen omgeving te helpen, stelt de Vlinderstichting.


Het wetenschappelijke tijdschrift PNAS (Proceedings of the National Academy of Sciences), publiceerde recent een themanummer over insecten. Daaruit blijkt onder meer, dat de achteruitgang van de dagvlinders in Groot-Brittannië, Nederland en Vlaanderen respectievelijk 50 procent, 50 procent en 32 procent is. Uit de artikelen in dit themanummer blijkt dat er veel oorzaken zijn van de geconstateerde achteruitgang. Dat zijn, niet verrassend, het intensieve landgebruik, waarbij verstedelijking en intensieve landbouw met name belangrijk zijn, maar ook klimaatverandering, verdroging en lichtvervuiling en meer spelen een rol.

Om de insectensterfte tegen te gaan zijn dan ook grootschalige en ingrijpende maatregelen noodzakelijk. Het is van groot belang dat deze niet nationaal worden geregeld, maar juist internationaal, op Europese en zelfs wereldschaal.


Zelf doen

Iedereen kan helpen de insectensterfte tegen te gaan. Bijvoorbeeld door niet alles te kortwieken en weg te maaien, maar ruimte te bieden voor eitjes, rupsen, poppen en volwassen insecten. Gebruik geen chemische bestrijdingsmiddelen.

Streef naar veel inheemse planten, dus planten die hier thuishoren. De insecten die gespecialiseerd zijn zullen dat altijd zijn op planten die hier horen.

Beperk de lichtvervuiling. Zorg voor slimme verlichting die niet brandt als het niet nodig is.
Beperk het gebruik van synthetische zepen bij het wassen van je auto en de ramen. Veel daarvan spoelt weg en komt zo in ons milieu terecht.

www.vlinderstichting.nl