Het huidige team van de Julianaschool voor het oude pand. | Foto: C. de Mooij.
Het huidige team van de Julianaschool voor het oude pand. | Foto: C. de Mooij. Foto: Chantal de Mooij

Honderd jaar Julianaschool in Rijnsburg

Algemeen

Dit jaar bestaat ook de Julianaschool 100 jaar. De school is niet meer in het oude pand aan de Hofstraat gevestigd, maar aan De Poel 2 in Rijnsburg. In de week van 20 juni zullen het team, de leerlingen en ouders deze 100ste verjaardag uitgebreid vieren. Met aansluitend een reünie op zaterdag 25 juni 2022.

Door Carin van der Spijk-Kralt

Aan het begin van de vorige eeuw werd het huidige basisonderwijs nog gewoon ‘lagere school’ genoemd. Er was scheiding tussen Gereformeerde en Hervormde scholen. Ook in Rijnsburg. Het dorp groeide en daarmee ook het aantal scholen. Het heeft heel wat jaren geduurd voordat de Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs werd opgericht. Onder deze vlag vallen de zes basisscholen in Rijnsburg. Hieronder leest u het ‘levens’ verhaal van de Julianaschool. 

We nemen een duik in de geschiedenis van deze school. Terugkijkend op 100 jaar onderwijs in het centrum van Rijnsburg, kunnen we vaststellen dat er heel veel is veranderd, zowel op het gebied van lesgeven, als het ‘runnen’ van een school runnen. Het onderwijs is een wereld dat voortdurend in beweging is. 

Eerste schooljaren
In 1922 werd de nieuwe Julianschool geopend. Het was de tweede gereformeerde school. In die tijd bestond er namelijk grote behoefte aan een nieuwe school, omdat de gereformeerde school aan de Smidssteeg al enkele jaren overbevolkt was. De Julianaschool is ontworpen door architect H. Wilms uit Oegstgeest. De school is in een sobere, maar smaakvolle stijl gebouwd en voldoet aan alle eisen van die tijd. Het eerste bestuur van de Vereniging en onderwijzend personeel van de Juliaschool bestond uit: de heren J. den Han Hzn, C. van Delft Dzn, D. Zwaan, P. Schipperus, P. van Egmond, S. Schoneveld, A. van der Mey, H. van der Gugten, H. Star en J. van Iterson.

Het hoofd der school was meester Plooy. Ook meester Uittenbogaard, meester Damstra, meester van Rullen, juffrouw C. Hazenoot en juffrouw Leenen gaven de eerste jaren les aan de leerlingen.

Jaren ‘20
In het jubileumboek ter gelegenheid van het 75 jarig bestaan van de school, is veel over de historie van de school en invulling van het onderwijs geschreven. Hieronder een klein overzicht van wat er zoal op de Julianaschool is gebeurd en hoe de school zich al die jaren staande heeft gehouden in onderwijsland.

Het gebouw had hoge ramen en in de gang waren klompenbakken. Er was een houten vloer en om de klassen warm te houden werden er kolen gestookt.

In de eerste jaren van de ‘nieuwe’ Julianaschool werd altijd begonnen met gebed. Dan volgde een verhaal uit de bijbel en verder waren er lessen zoals taal, rekenen en later kwam daar ook aardrijkskunde bij. De kinderen leerden rijtjes van dorpen en steden uit hun hoofd zoals: Hogezand, Sappermeer,….. Dergelijke rijtjes werden toen klassikaal opgezegd. Tijdens de geschiedenislessen werden verhalen verteld bij de mooie platen die in de klas hingen. Iedere week leerden de kinderen een psalmversje. Deze moest je uit het hoofd kunnen opzeggen. In de zesde klas bij meester Plooy werden weleens proefjes gedaan. Bijvoorbeeld met spiritus. De kinderen kregen geen huiswerk mee. Leren deed je alleen op school. Thuis en school waren in de jaren twintig van de vorige eeuw twee aparte werelden. Er was ook geen contact tussen ouders en de meesters en juffen van de school, over de prestaties van de leerlingen. Alleen als je kattenkwaad had uitgehaald, moest een van de ouders op school komen. De leerlingen hadden in die tijd veel ontzag voor de juffen en meesters. Ze zagen er vaak stijf gekleed uit. De meesters altijd in pakken en de juffen in ‘nette’ jurken. Ze waren streng. Soms kreeg je weleens een tik met de stok of je moest in de hoek staan. Als je het erg bont had gemaakt moest je nablijven. Tussen de lessen was er ’s morgens een speelkwartier. Op het plein lag toen grind en daar werden spelletjes gespeeld als hinkelen, tikkertje of verstoppertje. Met veel valpartijen en kapotte knieën.

Juf de Wit
Een bekende juf van de Julianaschool was mevrouw F. de Wit. In 1925 maakte ze haar entree in Rijnsburg (tot 1968). In het eerder genoemde jubileumboek laat ze weten dat klassen toen uit 40 kinderen bestonden. In die tijd ging schrijven nog op leien. Na een paar jaar kwamen de schriften, inktpotten en kroontjespennen. Ook werden de lessen uitgebreid met de bijvakken handwerken. In al die jaren dat juf de Wit heeft lesgegeven heeft ze slechts drie keer een klas onder de 40 leerlingen gehad. In de mobilisatietijd werd het zevende lokaal door de Hollandse staf in gebruik genomen. Ze hadden een soort kookstelletje geïmproviseerd. Prins Bernard is in die periode ook nog eens op bezoek geweest. De school was half of geheel bezet door de Duitsers. En als er geen brandstof was, was er vakantie. In die tijd was er alleen maar een zomervakantie, van drie weken. In Rijnsburg hadden de hervormde scholen als ook de openbare school al vier weken zomer vakantie.

Na de oorlog was er een geboortegolf. Klassen van 50 kinderen waren meer regelmaat dan uitzondering. Er werd toen in de personeelskamer lesgegeven en in Concordia, de oude zondagschool.

Leren
Na de oorlog is er veel veranderd. Het personeel volgde vernieuwingscursussen van het Christelijke Pedagogisch Centrum. Op maandagmorgen ging de zendingsbus rond. Als een kind iets in de bus deed knikte het ‘negertje’. Dat kon toen nog in die tijd. Het was elke week een soort wedstrijd welke klas het meeste geld had opgebracht.

Ook de lessen gymnastiek en zwemmen deden hun intrede. Meisjes kregen handwerken en de jongens handenarbeid. Elk jaar was er een schoolreisje. Ook toen een hele verantwoordelijkheid. De leerkrachten waren aan het eind van de dag dankbaar dat iedereen weer heelhuids thuis kwam. Juf de Wit heeft altijd met plezier in Rijnsburg op de Julianaschool gewerkt. Ze heeft de Rijnsburgers als een druk volkje ervaren. Mede dat de bloemenjongens bij tijd en ontij met de bloemen onderweg waren. Het ‘open’ karakter stond haar wel aan. Rijnsburgers nemen geen blad voor de mond, zeggen ongezouten de waarheid maar zijn ook hartelijk en meelevend. Als je ze hebt, heb je ze ook. Wat dat betreft is er niet veel veranderd……

Na de zesde klas, en je was 12 jaar en drie maanden, mocht je naar de Ambachtsschool. Als je goed kon leren, dan kon je naar de Ulo. In de naoorlogse jaren waren er ook veel kinderen die meteen gingen werken. Later kwam de Citotoets. In de zesde klas gingen ouders in gesprek met de meester. De school bracht een advies uit over de keuze van de middelbare school. En dat advies werd meestal opgevolgd. De meeste kinderen ging naar de Mavo in Rijnsburg, naar Visser ’t Hooft in Leiden, of naar de Tuinbouwschool. De Citotoets is er nog steeds. Maar al jaren bezoeken de oudste leerlingen in januari een open dag van een middelbare school in de omgeving, om daar zelf de sfeer te proeven.

Hoogtepunten
Eind zeventig, begin tachtiger jaren had de Oudercommissie als vorm van medezeggenschap haar intrede gedaan. Het was niet echt de bedoeling dat deze commissie op de stoel van het bestuur en-of onderwijzend personeel ging zitten. Taken van de Oudercommissie zijn bijvoorbeeld het verfraaien van het schoolplein met bijvoorbeeld plantenbakken, of het plaatsen van speel-klimwerktoestel.

Met Koninginnedag was er altijd een optocht. Iedere klas was dan in een thema verkleed. Op het schoolplein werden dan spelletjes gespeeld. In 1975 vierde Rijnsburg en dus ook de Julianaschool ‘1000-jaar Rijnsburg’. De leerlingen van de Julianschool waren toen allemaal verkleed als Noormannen en Vikingen. Dat feest met fraaie optocht was groots opgezet. Er reden toen zelfs praalwagens mee. Schooltelevisie deed haar intrede en werd in het begin vooral door de hogere klassen bekeken.

Eind jaren negentig krijgt elke klas een eigen computer. De leerlingen kunnen zo hun dictee oefenen, of rekenen of topografie.

Begin deze eeuw verhuist de Julianaschool naar de Poel. Het mooie statige pand krijgt andere bewoners, wat helaas de uitstraling niet ten goede komt. Onlangs zijn er plannen ontwikkeld om voor de Julianaschool en omgeving een Knarrenhof-woningbouw te realiseren. De intentie is om het oude schoolgebouw te behouden.

Wat door al die verschillende jaren heen niet is veranderd, is de geweldige verantwoordelijkheid die de leerkrachten voor de kinderen hebben. Ouders vertrouwen de opvoeding van hun kinderen voor een groot deel toe aan juffen en meesters van de lagere school: een bijzondere periode in het leven van kinderen. Een mooie toekomst is gebaat bij een vertrouwde en leerzame basisschoolperiode. Dat was de kern in 1922 toen de Julianaschool werd opgericht. Maar dat blijft ook anno 2022 en in de toekomst de taak van deze 100 jarige school.

Aanmelden voor reünie
Ter gelegenheid van dit jubileum wordt er zaterdag 25 juni een reünie georganiseerd. Vind je het leuk om oud-klasgenoten te ontmoeten? Meld je dan aan via de website: www.reuniejulianaschoolrijnsburg.nl

Bron: 
Jubileumboek t.g.v. 75 jaar Julianaschool 
en foto’s archief Julianaschool.

1922 Bestuur en onderwijzers Julianaschool. | Foto: pr.

Uit de krant