Afbeelding
Foto: pr

Sportman van het jaar

Algemeen

Het Sportgala komt steeds dichterbij. Op vrijdag 26 januari is het al zover. Dan worden de succesvolste Katwijkse sporters van het jaar in het zonnetje gezet. Voor de titel Sportman van het Jaar nomineerde de jury drie kandidaten: obstakelloper Niels Monster, karateka Floris Hoek en zwemmer Arno Kamminga.

Niels Monster
Obstacle Course Racing

Niels Monster draagt 4 armbandjes. Dat doen wel meer mensen, maar deze vier armbandjes heeft hij dit jaar verdiend door bij het EK (brons) en bij het WK (gedeeld achtste in de teamdiscipline) Obstacle Course Racing in totaal 4 races tot het einde te brengen. 'Je voert vooral een wedstrijd tegen jezelf.' Obstacle Course Racing is weliswaar een jonge, maar ook zeer populaire sport. Volgens Monster is het zelfs de snelstgroeiende sport wereldwijd. Hardlopen wordt in deze discipline gecombineerd met het overwinnen van obstakels: hoogtes, modder, touwen of rekken. Zeg maar een extreem hindernisparcours. 'Ik ben een jaar of vijf geleden gaan hardlopen. Maar ik zocht meer uitdaging en toen kwam ik op deze sport, die je dwingt je grenzen steeds op te zoeken en te verleggen.'

Dat geldt zowel fysiek als mentaal. Obstakellopen win je niet alleen met een goede conditie, maar ook en vooral dankzij een ijzeren wilskracht. Juist daar ligt volgens Monster zijn grote kracht. 'Je moet luisteren naar je lichaam, maar soms moet je ook over de grenzen heengaan. Dat was op het EK ook zo. Ik merkte dat mijn tegenstanders tegen hun max aanzaten. Ik kon toen nog gas geven en haalde ik brons. Dat was echt een geweldig moment.'

Ook het WK in Canada haalde Monster goede klasseringen, onder andere gedeeld achtste bij de teamrace. Het belangrijkste vond de Rijnsburger echter dat hij alle races uitliep. 'Vooral de tweede dag was het echt een overwinning op mezelf. Bij de laatste obstakels zat ik er helemaal doorheen. Met steun van het publiek en andere atleten is het toch gelukt. Als je de race en uitloopt en alle obstakels bedwingt, mag je het armbandje houden dat je bij de start krijgt. Dat was mijn doel, dat heb ik gehaald en daar ben ik trots op. Daarom draag ik die vier armbandjes nog elke dag.'

Floris Hoek
Karate

Floris Hoek won afgelopen jaar het Europees Kampioenschap Kampioen Full-contact karate (in de -75 kg klasse) en het Open Franse Kampioenschap in dezelfde categorie. Hij werd daarnaast twee keer uitgenodigd om deel te nemen aan prestigieuze karatetoernooien in Japan, de bakermat van deze sport.

De successen van Floris Hoek komen niet uit de lucht vallen. De karateka, een technisch uitstekende vechter met een goede conditie, behaalt al jaren goede resultaten. Toch verliep de voorbereiding van het EK niet optimaal. Een week voor het toernooi brak Hoek namelijk zijn hand. 'Ik kon mijn linkerhand eigenlijk niet gebruiken. Dat het toch lukte om het toernooi te winnen, had ik eigenlijk niet meer verwacht. Maar bij het EK, met verschillende wedstrijden op een dag, gaat het ook om mentale kracht. Je tegenstanders hebben ook pijn. Dan is het een kwestie van willen.'

Naast de winst van het EK en het Franse Open Kampioenschap, waren de toernooien in Japan de hoogtepunten van het jaar voor Hoek. De eerste keer vertrok hij samen met een flinke delegatie van zijn sportschool – Dojo Osaka – en wist hij ook het toernooi te winnen. De tweede keer ging hij alleen met zijn trainer Cem Senol en wist hij de laatste acht te bereiken. 'Die Japanners hebben een hele andere manier van vechten. Zelfs de regels zijn anders. Dus daar moest ik aan wennen.'

Dat smaakt naar meer. Floris Hoek wil volgend jaar in elk geval zijn Europese titel te verdedigen en hoopt ooit uitgenodigd te worden voor een tweestrijd om de wereldtitel. 'Ik blijf hard trainen en ik blijf me verbeteren. Dat doe ik overigens niet in mijn eentje. Mensen denken vaak dat karate een individuele sport is. En in de ring moet je het ook alleen doen. Maar daarbuiten heb ik ontzettend veel te danken aan de mensen om me heen: de trainer, de fysio en de andere van de sportschool. We maken elkaar echt beter.'

Arno Kamminga
Zwemmen

Arno Kamminga kan en wil niet kiezen. Het sportjaar 2017 had voor hem niet één maar meerdere hoogtepunten: halve finale op het WK, finaleplaatsen en een medaille op het EK en verschillende Nederlandse records. 'Ik ben zo gretig om steeds een stukje beter te worden.'

Het WK (langebaan) van afgelopen zomer betekende voor Kamminga de doorbraak naar de wereldtop. 'Eerst vond ik het al geweldig dat ik me had gekwalificeerd. Maar op het toernooi merkte ik dat er echt bij hoor. Dat was een supergaaf gevoel.'

Door zijn sterke optreden kwalificeerde Kamminga zich voor het wereldbekercircuit, zodat hij het bij prestigieuze wedstrijden in de herfst op mocht nemen tegen de wereldtop.

Goud op estafette

In december kwam toen de bevestiging van zijn klasse en talent. Kamminga werd vierde bij het EK (kortebaan) op de 200 meter schoolslag en behaalde met de estafetteploeg een gouden medaille.

'Alles viel op zijn plaats. Ik had nooit verwacht dat ik dit jaar al om de medailles zou kunnen strijden. Als je dat vorig jaar had gezegd, had ik je voor gek verklaard. Maar ik merk zelf ook dat ik enorme stappen heb gezet sinds ik een nieuwe trainer heb, meer ben gaan trainen en mijn hele leven inricht op de sport.'

Dat wil Kamminga in elk geval tot de Olympische Spelen van 2020 blijven doen. De zwemmer wil daar hoge ogen gooien.

'Ik ben zo gretig naar perfectie. Ik wil steeds een stukje beter worden. Natuurlijk, de concurrenten zitten ook niet stil. Maar mijn progressie gaat sneller.

Ik kom eraan en dat wil ik ook in 2018 weer bewijzen. Bij het EK komende zomer wil ik dat bewijzen met een medaille op een individuele afstand.'

Afbeelding
Afbeelding

Uit de krant