Sluiting Leidse ijshal 'doodsteek' voor Katwijkse schaatssport

De Leidse ijshal wordt bedreigd met sluiting nu het Leidse college van burgemeester en wethouders bekend heeft gemaakt te kiezen voor een topsporthal en zwembad. 'Als er geen nieuwbouw komt, is het niet de vraag óf de huidige schaatshal gaat sluiten maar wanneer', aldus oud-olympiër Jeroen Straathof en en woordvoerder voor de Leidse ijsverenigingen. De sluiting heeft ook gevolgen voor de Katwijkse schaatsclubs Voorwaarts en RIJC.

'Desastreus' zegt Jan Pieter Tensen van de Rijnsburgse IJsclub (RIJC), die namens de Katwijkse schaatsclubs ten strijde trekt tegen het verdwijnen van de kunstijsbaan. Als er geen nieuwbouw komt, heeft dat verstrekkende gevolgen voor schaatsliefhebbers en vooral ook de schaatssport in Katwijk en Rijnsburg. Recreanten en vooral jonge wedstrijdrijders van de IJsclub Voorwaarts en RIJC maken beide gebruik van de huidige ijsbaan in Leiden. Van de Rijnsburgse club rijden ruim 100 schaatsers, waarvan 60 jeugdschaatsers onder begeleiding van trainers, meerdere keren per week op de Leidse ijsbaan, laat Tensen weten. Dat geldt ook voor de tientallen recreanten en jeugdleden van het Katwijkse Voorwaarts. De verwachting is dat met name voor de trainingsgroepen van de schaatsclubs zullen afhaken. Tensen: 'Voor de dinsdaggroep, ruim 40 leden, valt het doek en ook van de oudere jeugd op maandag van vanaf 11 jaar, zo'n 20 leden, zal een groot aantal afhaken'. Henriëtte de Haas van Voorwaarts verwacht ook dat sluiting van de Leidse ijsbaan 'het einde van de schaatsgroep binnen de vereniging betekent'.

Cruciaal

De ijsclubs hadden, net als de vier Leidse schaatsclubs, hun hoop gevestigd op een nieuwe schaatsaccommodatie met betere voorzieningen. Voor jonge wedstrijdrijders uit Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg is die accommodatie op slechts een paar kilometer afstand van cruciaal belang. Als er geen Leids ijs meer is, zijn die clubs aangewezen op Den Haag of Haarlem. De Haas: 'Zeker voor de jonge leden is die afstand te groot. Vaak tasten jonge kinderen verschillende sporten eerst af en kiezen ouders daarom het liefst voor sporten in de buurt.' Tensen is het daarmee eens. 'In Haarlem en Den Haag is er een 400 meter wedstrijdbaan. Daar zal de jongste jeugd en ook een deel van de oudere jeugd veel minder gebruik van maken en dat komt vooral door het vervoer. De afstand en filevorming aan het eind van de dag hebben daar een negatieve invloed op.'

Toekomst

Voor de Katwijkse en Rijnsburgse ijsclubs staat hun toekomst op het spel, want: zonder jeugd geen toekomst. Daarmee lijkt ook een einde te komen aan Katwijkse schaatssuccessen, zoals die er in het verleden er wel waren, zoals die van Aad, Jolanda en Petra Grimbergen en recentelijke de Katwijkse marathonrijders Jens en Ralf Zwitser, brengt Tensen in herinnering. 'Dat is nu allemaal over. Juist een nieuwe 333 meterbaan was een nieuwe impuls voor de schaatssport geweest.' Hij noemt het de 'doodsteek' voor de schaatssport in Katwijk. 'Extra zuur' is volgens De Haas dat in dezelfde week bekend wordt dat 'Schaatsen op natuurijs' wordt toegevoegd aan de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed. 'Maar zonder kunstijs kunnen we onze kinderen, in deze tijd waarin natuurijs schaars is, niet meer leren schaatsen.'